‘Als daar maar geen ruzie van komt,’ zei moeder Jaar met een diepe zucht. Ze had precies driehonderd vijfenzestig dagen om te verdelen onder haar twaalf kinderen: Januari, Februari, Maart, April en de ander van de twaalf maanden. Moeder Jaar wilde het graag zo eerlijk mogelijk doen. Maar wat was dat moeilijk!
Driehonderd vijfenzestig is zo’n raar getal. Als ze elk van haar kinderen dertig dagen gaf, dan hield ze vijf dagen over. En als ze elke maand éénendertig dagen … Lees verder