Droomland

Ollie en Olliver hangen op de bank. Het regent buiten. Ollie en Olliver zijn vandaag een beetje lui. Ze hebben geen zin om iets te doen. Gewoon lekker hangen op de bank. Verder niets.

‘Weet jij waar Droomland ligt?’ vraagt Olliver aan Ollie. ‘Ik heb gehoord dat het daar heel mooi is, maar ik weet niet waar het ligt en hoe je er moet komen,’ zegt Olliver. Ollie denkt eens goed na. Tsja, zij heeft ook wel eens over Droomland gehoord. Maar ja, ook Ollie weet de weg niet naar Droomland. ‘Weet je wat,’ zegt Ollie we gaan het gewoon aan de grote mensen vragen. Er is vast wel iemand die weet waar Droomland ligt.’ En dat doen ze. Ze trekken hun jas aan en gaan naar buiten. Op zoek naar iemand die weet waar Droomland ligt.

Ze vragen het de buurvrouw, de buurman en de melkboer. Maar wat een pech. Niemand weet het. Dan zien ze de vrouw van de bakker lopen. Misschien weet zij het? Maar ze moet alleen maar heel hard lachen en zegt; ‘Droomland is niet zo ver weg, eigenlijk is het heel dicht bij.’ Nou daar hebben Ollie en Olliver ook niets aan. Nu weten ze de weg nog niet. Maar, wacht eens, als Droomland niet zo ver weg is, dan moet ze het dus ook kunnen vinden. Er zal vast wel een geheime tunnel zijn, of een verborgen paadje. Ja, dat is het vast. Ollie en Olliver besluiten op zoek te gaan naar Droomland.

Maar hoe goed ze ook zoeken, nergens een geheime tunnel of verborgen paadje te vinden in de hele buurt. Moe van het zoeken komen ze thuis. Ollie en Olliver zijn een beetje sip. Ze hadden Droomland zo graag willen vinden. Wat een pech.

’s Avonds als pappa Ollie en Olliver naar bed brengt zegt Olliver ‘pappa, weet jij waar Droomland ligt? Het moet hier vlak bij zijn maar Ollie en ik hebben overal gezocht maar we konden Droomland niet vinden.’ Pappa moet lachen en zegt; ‘Droomland is inderdaad niet zo ver weg. Ik weet het goed gemaakt. Jullie gaan nu lekker slapen en dan vertel ik morgenvroeg waar Droomland ligt.’ Kijk dat is pas handig, zo´n pappa die alles weet. Ollie en Olliver vallen in slaap en dromen over Droomland. Alles is mooi in Droomland en ze beleven een heleboel leuke avonturen in Droomland. Zou het echt zo zijn in Droomland?

De volgende ochtend vraagt pappa aan Ollie en Olliver; ‘en hoe was het in Droomland?’ ‘Huh’ zegt Ollie, ‘huh,’ zegt Olliver. Pappa moet lachen om de verbaasde gezichten van Ollie en Olliver. ‘Kijk,’ zegt pappa, ‘als je in bed ligt en droomt dan ben je in Droomland!’ Ollie en Olliver zijn eerst heel stil. Is dat nu Droomland? Dan zegt Ollie; ‘maar als dat Droomland is, dan ben er al geweest.’ ‘Ja,’ zegt Olliver, ‘ik ook, wel 100 keer.’

Snel kleden Ollie en Olliver zich aan. Ze gaan naar buiten om iedereen te vertellen waar Droomland ligt.

Post navigation