Karel Krokodil verveelde zich een beetje
hij had niks te doen
Opeens kreeg hij een ideetje
ik ga boodschappen doen.
Hij besloot met de bus te gaan
dus kocht hij een kaartje
De buschauffeur schrok zich een banaan
en reed snel weg met een vaartje.
De mensen in de bus gilden zich gek
wat doet die krokodil hier
Deze bus is toch geen plek
voor zo’n groot en eng dier.
De bus stopte en Karel Krokodil stapte uit
de mensen schrokken en gingen opzij
Karel Krokodil wreef eens over zijn gevaarlijke snuit
en dacht ‘waarom zijn ze allemaal zo bang voor mij’
Daar zag hij een leuke winkel met kleren en schoenen
hij ging naar binnen en zei
‘heeft u ook een paar schoenen
en wat kleren voor mij’
De mevrouw van de winkel
schrok zich rot en gaf een gil
‘Help, een krokodil in mijn winkel
die schoenen en kleren wil’
Karel Krokodil ging gauw weer verder en zei
‘Wat doen die mensen gek
Waarom zijn ze nou bang voor mij
Zijn het mijn poten, mijn ogen, of is het mijn bek’
De mensen op straat schreeuwden en krijsten
‘Help, wat is dat
Er loopt hier zomaar
een krokodil in de stad’
Karel Krokodil begon te huilen, wat zielig was dat
grote tranen van verdriet
En hij dacht ‘een krokodil in de stad
dat kan ook eigenlijk niet’
Terug naar huis, zonder kabaal
hij zei ‘slapen dat is wat ik wil
Ik ben moe geworden van dit verhaal
Slaap lekker, Karel Krokodil’