Bellen

Maaike en haar moeder waren iets in de stad gaan kopen, en wilden met de tram terug. Er stonden een heleboel mensen bij de halte te wachten, veel meer dan normaal. ‘Wat is hier aan de hand?’ vroeg Maaike’s moeder aan een meneer. ‘Ik heb geen idee, mevrouw. Maar een half uur geleden is de laatste tram langsgekomen. Dat weet ik zeker, want die reed voor mijn ogen weg.’ ‘Dank u wel’, antwoordde ze. Maaike keek naar alle kinderen die met hun vader of moeder op de tram wachtten. Zouden die allemaal in éen tram passen? Vast niet. Eigenlijk vond ze het wel grappig. Nu konden ze niet naar huis. Misschien gingen ze wel bij McDonalds eten. Lekker, een hamburger met Franse frietjes en een colaatje.

‘Dan zullen we naar huis moeten lopen’, stelde Maaike’s moeder vast. Wàt? dacht Maaike. Dát was niet de bedoeling. ‘Maar dat is een heel, heel eind lopen!’ riep ze verschrikt uit. ‘Ach, welnee. Voordat jij geboren werd, liep ik heel vaak naar de stad. Je bent nu zo groot, je kunt makkelijk een stuk lopen.’ Ineens vond Maaike het even niet zo leuk om een grote meid te zijn. Ze begreep dat ze vanavond iets gewoons aten, en geen menu van McDonalds. ‘Kom op, Maaike. Kijk niet alsof ik je iets verschrikkelijks gevraagd heb. Een stukje lopen is goed voor ons.’ ‘Die straten zijn saai. Je ziet helemaal geen grappige dingen onderweg.’ ‘Dat is waar, maar daar kan ik niets aan veranderen.’

Onderweg kwamen ze langs een drogist, waar ze een fles shampoo kochten. Toen ze buiten kwamen, pakte Maaike’s moeder iets uit een zakje. ‘Kijk eens. Dit stond naast de kassa. Alsjeblieft.’ ‘Wat is dat dan?’ vroeg Maaike verbaasd. Het was een smal, hoog flesje. Niets bijzonders.. ‘Daar kun je bellen mee blazen’, legde haar moeder uit. Ze draaide voorzichtig het flesje open. Aan de dop zat een plastic stokje vast, met aan het uiteinde een rond gat. Haar moeder hield het stokje op zijn kop, en blies langzaam in de richting van de opening. Er vlogen meteen een hele straal luchtbellen de wijde wereld in. De een was nog mooier dan de ander. Over de bellen zat een blauw met roze gloed, of een geel met oranje, of een rood met paarse. ‘Wat mooi!’ riep Maaike. ‘Denk erom: rustig blazen. Dan tover je het meeste bellen tevoorschijn. Als er niets meer gebeurt als je blaast, moet je het stokje even in het flesje stoppen.’

De zeepbellen dansten door de lucht, en klapten een voor een uit elkaar. Dat gaf niet, want dan maakte Maaike snel weer een paar nieuwe. Op een moment zag ze een luchtbel die zo prachtig was, dat ze hem probeerde te vangen met het stokje. Het lukte. De bel bleef zitten, en Maaike keek goed naar alle kleuren die er in zaten. Misschien kon ze thuis wel een tekening van dit mooie ding maken. Maar wat moest ze nu met deze luchtbel doen? Wachten totdat die uit elkaar sprong? Ze kon toch niet aldoor met dat stokje in haar handen blijven lopen? Ze blies er heel zachtjes tegen. Tot haar verbazing kwamen er een heleboel nieuwe bellen tevoorschijn. Dat was een leuk spelletje! Maaike begon nu bellen te vangen om er meer andere bellen van te maken.

Hoe zou het eigenlijk voelen om een luchtbel te zijn? Dan kon je de hele dag uit het raam kijken. Zag je de wereld dan door al die kleuren heen? Of merkte je daar niets van als je een luchtbel was? Je hoefde ook nooit naar school, en nooit je tanden te poetsen. Maar je kon geen hamburgers met frietjes eten. ‘Maaike. Maaike!’ Ze draaide zich om. Tot haar verbazing waren ze vlakbij hun huis. Ze had het veel te druk gehad met het achterna rennen van de luchtbellen om te zien waar ze liep. ‘We moeten naar de supermarkt, want de slager is al dicht.

We zijn laat, en ik heb geen tijd meer om te koken. Vind je het erg als we vanavond hamburgers eten?’ ‘Ha, ha’, lachtte Maaike. ‘Ikke niet, hoor! Mag ik in de supermarkt bellen blazen?’ ‘Ja, maar je kunt ze binnen niet achterna rennen, en je moet even wachten totdat we bij de kassa zijn. Afgesproken?’ Maaike deed wat haar moeder zei. Toen ze bij de kassa waren, ging ze weer bellen blazen. Nu was het niet zo erg om op je beurt te wachten. En de hamburgers die ze thuis aten, smaakten net zo lekker als bij McDonalds.

Post navigation